De mogelijkheid om producten en diensten op buitenlandse markten en via meerdere kanalen over de hele wereld aan te bieden, heeft nieuwe zakelijke mogelijkheden geopend voor groeiende en volwassen bedrijven die met succes op hun thuismarkten waren gevestigd en hun activiteiten verder wilden uitbreiden. E-commerce heeft ook geheel nieuwe bedrijfsmodellen gecreëerd die louter op internet als verkoopkanaal zijn gebaseerd om wereldwijd stand te houden en te groeien.
Veel onlineretailers, zowel B2B als B2C, worden echter geconfronteerd met uitdagingen omdat ze een enorme hoeveelheid producten online aanbieden, waarvoor meertalige websitevertaling en lokalisatie vereist is.
Onze ervaring in het werken met e-commerceklanten heeft ons geleerd dat de drie belangrijkste uitdagingen voor e-commercemanagers passende taaltechnologische oplossingen vereisen.
Voordat we er dieper in duiken, eerst even een e-commercewoordenlijst
In deze blog zul je veel acroniemen en merknamen tegenkomen, en voor het geval je niet 100% zeker bent van wat deze betekenen, is hier een handige gids om mee te beginnen:
ERP – enterprise resource planning. Een ERP-systeem helpt bedrijven hun administratie, planning en logistiek geheel of gedeeltelijk af te handelen. ERP's omvatten activiteiten op het gebied van de toeleveringsketen, productie, bedrijfsvoering, rapportage en human resources.
CMS – content management system. Een tool die de verschillende versies van bestanden en publicaties bijhoudt. Sommige CMS hebben speciale functies om meertalige websites en andere content bij te werken. Er zijn WCMS (web content management system) voor bedrijven zoals Adobe Experience Manager – een beheersysteem voor webcontent met geïntegreerd e-commerceplatform Magento – en gratis opensourcesystemen zoals WordPress.
TMS – translation management system. Een systeem waar je vertaalquotes kunt aanvragen, vertaalopdrachten kunt beheren en al jouw lokalisatieprojecten kunt volgen met betrekking tot tijdlijn, budget en andere KPI's. Je hebt ook toegang tot andere taaltools via het TMS, zoals zelfstandige machinevertaling of terminologiebeheer.
PIM – product information management. Een systeem dat informatie over producten op een gemakkelijk hanteerbare manier verwerkt. Het zorgt dat informatie consistent en correct is en zorgt ervoor dat productinformatie over verschillende kanalen wordt verspreid.
API – application programming interface. Een interface tussen diverse software, waarmee de software kan communiceren en informatie kan uitwisselen.
Nu we onze terminologie met betrekking tot e-commerce op order hebben, kunnen we terug naar ons hoofdonderwerp.
De belangrijkste uitdagingen voor e-commercecontent en hoe je ze kunt oplossen
1. Voortdurend bijgewerkte content
E-tailers werken hun productcatalogi over het algemeen voortdurend bij, soms zelfs dagelijks. Telkens wanneer nieuwe producten worden geïntroduceerd of bijgewerkte versies beschikbaar worden gesteld, krijgen ze er meestal een nieuw stukje tekst bij.
Voor exploitanten van meertalige detailhandelsites geldt dat alle wijzigingen die op de oorspronkelijke site worden aangebracht, ook in de andere taalversies moeten worden doorgevoerd. Dit leidt tot een gestage maar mogelijk ongelijke stroom van grote en kleine tekstsegmenten die snel moeten worden vertaald en gepubliceerd.
In bijzonder moeilijke gevallen is het mogelijk dat een e-tailer slechts enkele van zijn landspecifieke sites wil bijwerken met nieuwe informatie, als bijvoorbeeld een product niet naar alle markten kan worden verzonden. Uiteraard is het ingewikkeld om ervoor te zorgen dat productinformatie wordt bijgewerkt waar en wanneer een e-tailer dat wil.
2. Complex exporteren en handmatige bestandsverwerking
Zonder een handige manier om nieuwe of bijgewerkte segmenten uit hun contentbeheersysteem te halen, nemen klanten vaak hun toevlucht tot een van de volgende twee dingen. Ze exporteren ofwel handmatig tekst door te kopiëren en te plakken van het CMS naar een Word- of Excel-document, ofwel exporteren ze alles wat ze hebben naar een database-indeling zoals .xml.
Geen van deze opties is ideaal. Kopiëren en plakken is tijdrovend en kan gemakkelijk leiden tot fouten, zoals het vergeten te kopiëren van informatie of, wanneer de vertalingen er eenmaal zijn, het plakken van informatie op de verkeerde plaats. Tekst in zijn geheel exporteren garandeerd dat er geen informatie onbedoeld wordt weggelaten, maar deze methode heeft weer andere nadelen. Het grootste nadeel is dat klanten doorgaans meer informatie versturen dan noodzakelijk is.
Als jouw vertaalpartner kunnen taaldienstverleners (LSP) natuurlijk vertaalgeheugens gebruiken om aanpassingen eruit te filteren en reeds vertaald materiaal uit te sluiten. Dit proces uitvoeren telkens als er een update is, kost echter meer tijd en geld, wat met een meer verfijnde aanpak kan worden vermeden. Al met al is het handmatige proces tijdrovend, omslachtig en niet de meest kostenefficiënte manier van werken.
3. Chaos bij contentversiebeheer
Een ander nadeel van handmatige export is dat er vaak verwarring ontstaat wanneer bestanden via e-mail heen en weer moeten worden gestuurd, wat leidt tot problemen met betrekking tot zowel het bijhouden van versies als de blootstelling aan veiligheidsrisico's.
Als voor de vertaling en lokalisatie van meertalige websites verschillende vertaalbureaus worden gebruikt, neemt dit probleem exponentieel toe.
Voeg daar het validatieproces aan toe waarbij interne validators feedback moeten sturen naar de verschillende bedrijven, en je staat voor een ware uitdaging.